30 april 2014

Een stille dood

Na het lezen van De jongen in de koffer verbaasde het me niet dat de eerste hoofdstukken van Een stille dood even moeite kostten om door te komen en in het verhaal te komen. Maar daarna wordt je wel beloond door de vertelkracht en maatschappijkritische blik van Lene Kaaberbol en Agnete Friis

De eerste hoofdstukken kosten vooral moeite door de hoeveel personen locaties. Denemarken en Hongarije en bijbehorende namen die voor een Nederlander toch wat minder makkelijk te onthouden zijn. En dan heb je nog politie die even crimineel lijkt omdat ze een oefening uitvoeren en de echte misdadigers.

Dit verhaal draait om een verkoop van gestolen goederen in Hongarije en Denemarken. En het lijken niet zulke gezonde goederen te zijn. Dat is ook de reden dan Nina, verpleegkundige die vaker vluchtelingen helpt, erbij betrokken raakt. 

Het goede van dit boek vind ik dat er niemand zomaar goed of slecht is, alles is genuanceerd. Het laat zien dat mensen ongewild in nare omstandigheden terechtkomen omdat geliefden of familie stomme dingen doen. En wat is eigenlijk precies stom als je vanuit een arm dorp in Hongarije opeens veel geld kunt verdienen door iets illegaals te doen? Iets waarvan je zelf waarschijnlijk de consequenties helemaal niet kunt overzien.

En juist die genuanceerde blik op de samenleving is dat het boek ook zo enorm aangrijpt (ik heb zelden nachtmerries, maar ben tijdens het lezen van dit boek toch eens neergeschoten in m'n slaap). En dat is ook de reden dat ik het derde deel in deze serie, De dood van de nachtegaal, ook zeker wil lezen.

Geen opmerkingen: